Een inclusieve gemeente voor mensen met een beperking

De inclusieve en diverse samenleving die de PVDA voorstaat wil een wereld van mogelijkheden openen voor kinderen en mensen met een beperking. De inclusieve samenleving die de PVDA wil opbouwen laat mensen met een handicap niet aan hun lot over. Een inclusieve samenleving is nodig zodat "verschil" deel wordt van "normaliteit", op dezelfde manier als leeftijd, geslacht, huidskleur of zelfs de manier waarop mensen zich kleden. De opname van mensen met een beperking in de samenleving vereist een collectieve en structurele aanpak van handicaps en vereist dat er aanzienlijke middelen worden ingezet in elke fase van het leven van mensen met een beperking. Deze mensen - die bijzonder kwetsbaar zijn - en hun families moeten worden geholpen, begeleid en ondersteund, met zorgvuldig respect voor hun specifieke behoeften en wensen. Maar we geloven ook dat mensen met een beperking betrokken moeten worden bij de beslissingen die hen aangaan - zij kennen hun problemen het beste. En zoals het gezegde luidt: "Wat je niet met mij doet, doe je tegen mij".Een beperking is een transversaal probleem, dat elk aspect van het leven vanaf de geboorte beïnvloedt, en in elke belangrijke levensfase worden er moeilijkheden ondervonden. Voor de PVDA moet de samenleving aan mensen met een beperking oplossingen bieden voor deze problemen, gebaseerd op de realiteit en met als doel om elke persoon met een beperking in staat te stellen zijn of haar potentieel te vervullen.

Wat wij willen

Eén. Inclusief onderwijs, vanaf de kleuterschool

  • De opening van inclusieve crèches, waar zowel valide kinderen als kinderen die doof of slechthorend, blind, enz. zijn worden opgevangen, met als doel om deze praktijk uit te breiden naar alle crèches van de gemeente door te zorgen voor de nodige opleiding voor het personeel.
  • Een inclusieve school creëren, van kleuterschool tot middelbare school.
  • Ervoor zorgen dat het onderwijzend personeel - van kleuterschool tot middelbare school - de juiste opleiding krijgt.
  • Het opzetten van systematische screeningprocessen (bijvoorbeeld voor autisme) vanaf de kleuterschool om vroegtijdige diagnose en passende ondersteuning mogelijk te maken, zowel binnen als buiten de onderwijsstructuur.
  • Onderwijsstructuren (crèches, scholen, enz.) aanmoedigen om samen te werken met verenigingen en gespecialiseerde diensten om personeel en ouders waar nodig te helpen en op te leiden.
  • Ervoor zorgen dat kinderen met een beperking in dezelfde mate als valide kinderen en tegen dezelfde prijs toegang hebben tot gemeentelijke speelplaatsen en buitenschoolse activiteiten, door bijkomend opgeleid personeel aan te nemen.
  • Informatie- en voorlichtingsbijeenkomsten over het emotionele en seksuele leven voor jongeren met een beperking, hun familie en hun ouders, aangepast aan de specifieke aard van de beperking.

Twee. Het recht op aangepaste huisvesting

  • We willen openbare zorgfaciliteiten creëren voor mensen met ernstige zorgbehoeften.
  • We zullen een quotum instellen van 5% van de sociale en openbare woningen die aangepast zijn voor personen met beperkte mobiliteit. We zullen renovatieprojecten uitvoeren om deze quota te bereiken.
  • We zullen semi-autonoom wonen mogelijk maken in openbare woningen, door woningen, al dan niet collectief, te voorzien van hulp bij het dagelijks leven.
  • Mensen die dat wensen laten we thuis blijven wonen dankzij de medische, sociale en psychologische hulp van de gemeente.

Drie. Werk: een recht voor iedereen

  • We voeren een quotum van 5% in voor werknemers met een beperking in gemeentelijke overheidsdiensten. We voeren regelmatig een onderzoek uit naar de objectieve werkgelegenheidssituatie van mensen met een beperking.
  • We stellen een plan op met doelstellingen op korte en middellange termijn en de bijkomende middelen die nodig zijn om het quotum van 5% te halen;
  • Om dit quotum te halen, voorzien we een orëntatie- en vormingsprogramma op maat van mensen met een beperking.

Vier. Toegankelijke openbare ruimten, vervoer en diensten

  • We zullen alle openbare gebouwen toegankelijk maken voor PBM's.
  • We zullen meer parkeerplaatsen voor PBM's creëren voor grote instellingen (gemeentediensten, medische centra, enz.).
  • We zullen gemeentepersoneel opleiden om mensen met een beperking op een gepaste manier te verwelkomen en hen naar de juiste dienst door te verwijzen.
  • We richten een centraal contactpunt op voor alle burgers met een beperking, hun familie en hun gezin. Dit contactpunt zal informatie en ondersteuning bieden op het gebied van huisvesting, onderwijs en werkgelegenheid en zal mensen indien nodig in contact brengen met de juiste diensten en verenigingen in de gemeente.
  • Bij de vele feestelijke en informatieve evenementen die door de gemeente worden georganiseerd, zorgen we voor specifieke voorzieningen: PBM-toegankelijkheid, vertaling in gebarentaal, bewegwijzering aangepast aan visuele en mentale handicaps, enz.
  • We geven "cultuur"-cheques uit voor mensen met een beperking
  • Bij de renovatie van wegen zorgen we voor voetpaden die geschikt zijn voor mensen met een beperkte mobiliteit.
  • We verstrekken taxicheques voor mensen met een beperking. We stellen eveneens sociale taxi's ter beschikking, ook 's avonds en in het weekend.
  • We zullen schoolbussen die gespecialiseerde scholen bedienen toestaan de voorrangsstroken te gebruiken om de reistijd van kwetsbare kinderen te beperken.

Vijf. Gehandicapten en democratie: een stem en een plaats voor iedereen

  • We zijn van plan om een referentiepersoon aan te stellen bij het gemeentepersoneel om mensen met een beperking te helpen met hun administratieve formaliteiten.
  • De gemeente zal de behoeften van mensen met een beperking inventariseren: het aantal mensen met een beperking, de soorten beperkingen, enz.
  • We zullen de lokale adviesraad voor personen met een handicap nieuw leven inblazen. We zullen ervoor zorgen dat de gemeente de adviezen van deze raad respecteert.
  • We zullen mensen met een beperking betrekken bij de verschillende projecten die hen rechtstreeks aanbelangen (wegen, huisvesting, enz.).
  • We zullen gemeentelijke sensibiliserings- en informatiecampagnes opstarten over handicaps en de verschillende aspecten die ermee verbonden zijn - elkaar beter leren kennen betekent beter samenleven.
  • We zullen de website van de gemeente toegankelijk maken voor verschillende soorten handicaps. We maken een sectie op de site gewijd aan de verschillende bestaande ondersteunende diensten.

Visie

Bij de PVDA verwerpen we elke tegenstelling tussen mensen, wie ze ook zijn. Ons antwoord op "verdeel en heers" is diversiteit en solidariteit. Op het gebied van handicaps hebben we dezelfde kijk op de dingen als op ons hele sociale project: we willen uitgaan van de behoeften van mensen.

We willen collectieve oplossingen om het potentieel van ALLE burgers te ontwikkelen.

Helaas zijn de feiten heel duidelijk: België, met inbegrip van onze gemeente, doet niet genoeg voor mensen met een beperking. In 2013 werd België door Europa veroordeeld voor zijn gebrek aan oplossingen voor mensen met ernstige zorgbehoeften. 5 jaar later is de situatie in de hoofdstad er niet beter op geworden: er is een schrijnend gebrek aan plaatsen in gespecialiseerde scholen, er is geen structureel inclusiebeleid ingevoerd; terwijl sociale huisvesting over het algemeen ontbreekt in onze hoofdstad, is de situatie catastrofaal voor mensen met beperkte mobiliteit, die slechts beschikken over een handvol aangepaste flats in heel het gewest. De strijd van Jacques Petit, die nu in een rolstoel leeft en aan bod kwam in de media, getuigt hiervan: hij ging twee keer in hongerstaking om zijn stem te laten horen en om een aangepaste woning te krijgen.

Vandaag zijn het maar al te vaak ouders en familieleden die rechtstreeks aan de basis liggen van initiatieven voor steun en bijstand. Neem bijvoorbeeld het Plateforme Annonce Handicap van Luc Boland, de vader van Lou, of Casa Clara, een opvangtehuis voor familie en vrienden, gerund door Fanny, de moeder van Clara. Maar de last van een handicap voor een gezin is al zwaar. Welke tijd en energie blijft er over om gewoon ouders te zijn? Ze worden opvoeders, fondsenwervers, trainers, psychologen en dossierbeheerders. En zelfs als er een neveneffect is waarbij elke structuur die is opgezet op basis van de behoeften van het eigen kind ook ten goede komt aan enkele andere kinderen of mensen met een vergelijkbaar profiel, blijven dit individuele initiatieven. De oplossing is om de gebruikers te betrekken bij de keuzes, bij de opbouw van projecten, om hen als volwaardige spelers te beschouwen, maar niet om het succes van het project van hen af te laten hangen.

Eén. Inclusief onderwijs, vanaf de kleuterschool

Succesvolle inclusie is een ambitieus sociaal project dat in een globaal en collectief kader moet worden gezien. En het vereist middelen die zijn opgewassen tegen de uitdaging. Maar het vereist ook een grote mentaliteitsverandering en daar moeten we nu al mee beginnen door proefprojecten die ons laten testen en bijsturen op basis van praktische ervaring. Kinderen met een beperking opnemen in kinderdagverblijven en scholen vereist antwoorden op een aantal vragen en dat kan niet zonder een globale aanpak. En hoewel het waar is dat niet alle kinderen noodzakelijkerwijs voordeel zullen halen uit inclusie, is het aan de ouders en de kinderen zelf om hierover te beslissen.

Met haar eisen voor minder leerlingen per klas, een imersieschool en een inclusieve school wil de PVDA toewerken naar een maatschappijvisie waarin scholen leerlingen niet alleen voorbereiden op de bedrijfswereld. Wat we verdedigen is een school waar iedereen zijn plaats heeft en kan leren, aan zijn eigen tempo vooruitgang kan boeken, actief kan bijdragen aan het leren dat hem wordt aangeboden en de visie van de rest van de samenleving op handicaps kan openen. We kunnen bijvoorbeeld leren van Italië, waar alle kinderen naar inclusieve scholen gaan en alle gespecialiseerde scholen zijn afgeschaft.

Er moet ook een screeningsysteem worden ingevoerd tijdens de hele schoolloopbaan. Deze (pro-)actieve begeleiding van het onderwijzend en paramedisch personeel op school maakt een vroegtijdige diagnose en onmiddellijke zorg mogelijk, op school en thuis. Er staat veel op het spel: de collectieve diagnose en het beheer van handicaps (dat ook verbeterd moet worden) vanaf de vroegste leeftijd zal helpen om de ongelijkheden te verminderen die gezinnen met een handicap treffen.

Twee. Het recht op geschikte huisvesting

Wanneer mensen met een beperking opgroeien, wanneer ze oud genoeg zijn om de school en hun gezin te verlaten, wordt huisvesting een belangrijke kwestie. In maart 2017 waren er 267 sociale woningen in het Brussels Gewest aangepast voor personen met een handicap. Meer dan 30% van de Brusselse bevolking heeft mobiliteitsproblemen door ziekte, leeftijd of een tijdelijke of permanente beperking. En naarmate de bevolking ouder wordt, zal dit probleem nog nijpender worden. De gemiddelde wachttijd voor aangepaste sociale woningen met één of twee slaapkamers varieert tussen één en drie jaar, en de wachttijd voor woningen met drie slaapkamers is nog langer.

Hier is een belangrijke rol weggelegd voor de gemeente: zij kan gebouwen en/of grond beschikbaar stellen voor aangepaste woningen voor kwetsbare bewoners.

De PVDA beveelt ook aan dat de gemeente zelf initiatief zou nemen om een verblijfscentrum op te richten voor personen met een beperking die niet zelfstandig thuis kunnen wonen. Er zijn heel weinig van dit soort centra in Brussel, en volwassen worden en plaatsing in een centrum betekent vaak ver weg zijn van de familie. Wij zijn van mening dat verblijfscentra in de buurt in veel opzichten een positieve oplossing zijn om sterke en positieve familiebanden te behouden zonder ouders en familieleden te overbelasten. Bovendien stimuleert het openen van dit soort centra de inclusie van mensen met een beperking in vertrouwde buurten en creëert het lokale banen.

Ons idee is dat het de ouders en mensen met een beperking zelf zijn die een oplossing kiezen: ze moeten betrokken worden bij de keuzemogelijkheden. Als een gezin er bijvoorbeeld voor kiest om thuis te blijven wonen (in plaats van in een verblijfscentrum), moeten we dingen kunnen regelen om ervoor te zorgen dat het goed gaat. We moeten hen dus een aantal verschillende oplossingen kunnen bieden. Thuiszorg is een van die oplossingen en moet mogelijk worden gemaakt door het creëren van banen in de openbare sector (zorg- en ondersteunend personeel).

Drie. Werk: een recht voor iedereen

In België is de werkgelegenheidsgraad voor mensen met een beperking slechts 35%. Dit is laag in vergelijking met het Europees gemiddelde voor personen met een beperking, dat 50% bedraagt. Het is zelfs nog lager in vergelijking met de gemiddelde werkgelegenheidsgraad in België, die bijna 70% bedraagt. Toch beschouwt 41% van de inactieve mensen met een beperking zichzelf als arbeidsgeschikt (1). Zoals we weten, is tewerkstelling een belangrijk instrument om de inclusie van personen met een beperking in onze samenleving te bevorderen, maar het is ook een middel tot persoonlijke ontwikkeling. Het is niet alleen een plek waar mensen samen kunnen zijn, maar het leveren van een bijdrage aan de maatschappij door middel van werk vergroot ook het individuele en sociale gevoel van eigenwaarde. Het hebben van een job stelt mensen in staat om een zekere mate van onafhankelijkheid te bereiken, met name financieel, en zo armoede onder mensen met een beperking te bestrijden.

Werkgelegenheid is een factor van financiële emancipatie, maar ook van psychologische en emotionele emancipatie: het is daarom essentieel in een project van inclusie. En deze eis kan direct gekoppeld worden aan de eis van de PVDA voor een collectieve arbeidstijdverkorting. Met 30 uur per week is de werklast gemakkelijker te dragen voor de werknemer, of die nu een beperking heeft of niet. Werkgelegenheid is in onze ogen een factor van inclusie, maar maakt het ook mogelijk om te investeren in het gemeenschapsleven, vrijetijdsactiviteiten en andere activiteiten die emancipatie mogelijk maken.

Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft een grote achterstand om mensen aan het werk te krijgen. En Molenbeek is er niet in geslaagd zijn doelstelling te halen om mensen met een beperking aan het werk te krijgen. Een goed voorbeeld hiervan ligt net over de grens: in Frankrijk geldt sinds 1987 een quotum van 6% voor alle overheids- en privébedrijven met meer dan 20 werknemers, met financiële sancties als het quotum niet wordt gehaald. Als gevolg hiervan is het percentage werknemers met een beperking in Frankrijk twee keer zo hoog als in Brussel.

De PVDA heeft een ontwerpresolutie in die zin ingediend in het Brussels Parlement. Maar deze werd verworpen door de traditionele partijen. Ze willen niets horen over sancties! Zonder sancties is het een illusie om te geloven dat bedrijven die winst als enige doel hebben, mensen met een beperking in dienst zullen nemen.

In afwachting dat deze wetgeving op gewestelijk en federaal niveau verandert, willen we dat de gemeente zich tot doel stelt om een quotum van 5% gehandicapte werknemers in gemeentelijke openbare diensten te bereiken. De PVDA is tussengekomen bij de Molenbeekse gemeenteraad omdat Molenbeek niet eens de doelstelling van 2,5% haalt die gemeenten zichzelf hebben opgelegd. In 2019 was slechts 1,73% mensen met een beperking aangeworven in onze gemeentelijke diensten.

Vier. Toegankelijke ruimtes, vervoer en openbare diensten

Een inclusieve gemeente is een gemeente die rekening houdt met al haar inwoners, ongeacht hun specifieke kenmerken. Voor de PVDA moet dit tot uiting komen in alle aspecten van het openbare leven: gemeentelijke diensten, vervoer, feestelijke, informatieve of culturele evenementen. De eerste stap naar deze toegankelijke gemeente is het opzetten van een centraal contactpunt voor alle burgers met een beperking en hun familieleden. Dit punt moet informatie en ondersteuning bieden op het gebied van huisvesting, onderwijs en werkgelegenheid en mensen indien nodig in contact brengen met de juiste diensten en verenigingen binnen de gemeente. Maar al het gemeentepersoneel bewust worden gemaakt van de problematiek van mensen met een beperking.

Mobiliteit is cruciaal voor mensen met een beperking. De PVDA en haar artsen van Geneeskunde voor het Volk hebben de gemeenteraad al verschillende keren aangesproken op het gebrek aan parkeerplaatsen voor mensen met een beperking. We hebben gevraagd om parkeerplaatsen te creëren voor belangrijke locaties, zoals gemeentelijke diensten en medische centra. Vandaag de dag zijn mensen met een beperking maar al te vaak hulpeloos in hun contacten met de overheid en kunnen ze hun weg niet vinden in de wirwar van administratie. Naast het centrale contactpunt moeten al het gemeentepersoneel dat in contact kan komen met mensen met een beperking bewust worden gemaakt van de problemen en de juiste vorming krijgen om situaties van afwijzing of wederzijds onbegrip te voorkomen. Ook in gemeentelijke gebouwen (administratie, bibliotheken, cultureel centrum, enz.) en bij evenementen die door de gemeente worden georganiseerd, moet aangepaste bewegwijzering worden aangebracht. Waar mogelijk moet de informatie toegankelijker worden gemaakt: de website van de gemeente moet ook bestaan in een vereenvoudigde versie die toegankelijk is voor slechtzienden en begrijpelijk voor iedereen, er moeten pictogrammen worden gebruikt om de activiteiten van de gemeente aan te duiden die toegankelijk zijn voor elk publiek, enz. De gemeente is de eerste plaats waar mensen samenleven: alles moet in het werk worden gesteld en alle middelen moeten worden ingezet om ervoor te zorgen dat de gemeenschappelijke ruimte echt door iedereen wordt gedeeld.

Vijf. Handicap en democratie: een stem en een plaats voor iedereen

Onze visie op een inclusieve samenleving is gebaseerd op de visie van de VN in het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Artikel 19, gewijd aan zelfstandig wonen en inclusie in de samenleving, bepaalt: "De Staten die Partij zijn bij dit Verdrag erkennen het recht van alle personen met een handicap om in de maatschappij te wonen met dezelfde keuzemogelijkheden als anderen en nemen doeltreffende en passende maatregelen om het personen met een handicap gemakkelijker te maken dit recht ten volle uit te oefenen en volledig deel uit te maken van, en te participeren in de maatschappij".

Voor de PVDA moet de samenleving een reeks oplossingen bieden waarbij mensen een positieve keuze maken en geen standaardkeuze. Als ouders bijvoorbeeld kiezen voor thuisonderwijs, dan moet dat een keuze zijn omdat ze denken dat het beter is voor hun kind, niet omdat er geen school is die aangepast is aan de handicap van hun kind. Het doel is dus om mensen met een beperking te betrekken bij beslissingen die hen rechtstreeks aangaan, als individu, maar ook, meer in het algemeen, bij beslissingen die hen collectief aangaan: openbare voorzieningen, huisvesting, het openstellen van plaatsen in onderwijsinstellingen. Molenbeek heeft een gemeentelijke adviesraad voor personen met een handicap. Maar met de adviezen van deze raad moet rekening worden gehouden wanneer de gemeenteraad stemt.

Naast het feit dat mensen met een beperking toegang moeten hebben tot volledige informatie over de diensten en rechten die in de gemeente voor hen beschikbaar zijn, moet de uitdaging van een inclusieve samenleving ook worden aangegaan met mensen die als valide worden beschouwd. Zoals we weten zijn angst en onwetendheid ook factoren van afwijzing, en de overheid heeft de plicht om discriminatie onder de bevolking te bestrijden. Daarom moet de gemeente regelmatig informatie- en bewustmakingscampagnes voeren, ook, maar niet alleen, op scholen, en een positieve en inclusieve boodschap verspreiden die zich richt op het potentieel van mensen met een beperking en de rijkdom van diversiteit.